Cookies

Deze website maakt gebruik van cookies. Wij verzoeken u om cookies te accepteren. Meer info

Kinderen leren filosoferen blijkt goed voor onze democratie

Met filosoferen breng je kinderen op de basisschool democratische vaardigheden en attituden bij: ze leren hun eigen mening kennen, gaan verschillen waarderen, en trainen zichzelf in het gesprek met elkaar. Dat concludeert Rob Bartels in zijn promotieonderzoek naar de praktijk van het filosoferen in het basisonderwijs. Wel kan de kinderfilosofie in het onderwijs nog een stap verder gaan: kinderen leren om hun eigen mening kritisch te analyseren. Op 17 april 2013 verdedigt Bartels zijn proefschrift Democratie leren door filosoferen aan de Universiteit voor Humanistiek.

Filosoferen met kinderen wordt steeds meer gezien als een activiteit die bijdraagt aan democratische vorming. Is dat ook zo? Wat leren ze dan? En wat gebeurt er tijdens het filosoferen met kinderen? Bartels onderzocht het curriculum ‘filosoferen met kinderen’ op de basisschool op verschillende niveaus. Zijn onderzoek gaat in op de idealen, het idee achter het filosoferen, op de feitelijke vormgeving en uitvoering van het filosoferen en de door de leraren en kinderen zelf gerapporteerde leereffecten ten aanzien van hun denken, dialoog en het omgaan met verschillen.

In vier scholen en zestien groepen observeerde hij leraren en kinderen en bevroeg  ze via interviews en vragenlijsten over hun doelen en motieven, praktijken, ervaringen en leereffecten. Zijn onderzoek laat zien hoe filosoferen met kinderen theoretisch en praktisch een bijdrage kan leveren aan democratische burgerschapsvorming. Bartels: “Het is een van de weinige vakken op school waarin kinderen ervaren dat verschillen positief zijn. Ze leren dat je meningsverschillen kunt overbruggen. Ze oefenen zichzelf in het kunnen en willen omgaan met verschillen.”

Wel is er volgens Bartels nog winst te behalen in een ander beoogd doel van het vak kinderfilosofie: het ontwikkelen van het denk- en oordeelsvermogen. “Kinderen leren hun eigen gedachten kennen en deze te verwoorden. Maar ze zouden zich nog vérder kunnen ontwikkelen in het kritisch onderzoeken van hun eigen argumenten.” In zijn proefschrift formuleert hij hiertoe een aantal aanbevelingen.

Rob Bartels is docent aan de pabo van Hogeschool Inholland in Alkmaar en medewerker van het Centrum Kinderfilosofie Nederland. In vervolg op dit onderzoek ontwikkelt hij als lid van de kenniskring Geïntegreerd Pedagogisch Handelen een onderzoeks- en onderwijsproject in het basisonderwijs, waarin kinderen leren participeren in de samenleving door te filosoferen en creatief te denken. Eerder schreef hij Kinderen leren filosoferen (2007) en samen met Marja van Rossum Filosoferen doe je zo (2009).

Informatie:
Yvette Nelen, y.nelen@uvh.nl
Universiteit voor Humanistiek, www.uvh.nl
T 030 2390167/ 06 30400067


Promotie, zie Agenda

Met filosoferen breng je kinderen op de basisschool democratische vaardigheden en attituden bij: ze leren hun eigen mening kennen, gaan verschillen waarderen, en trainen zichzelf in het gesprek met elkaar. Dat concludeert Rob Bartels in zijn promotieonderzoek naar de praktijk van het filosoferen in het basisonderwijs. Wel kan de kinderfilosofie in het onderwijs nog een stap verder gaan: kinderen leren om hun eigen mening kritisch te analyseren. Op 17 april 2013 verdedigt Bartels zijn proefschrift Democratie leren door filosoferen aan de Universiteit voor Humanistiek.