Direct naar inhoud

‘Er zijn altijd verschillende antwoorden op humanistische vraagstukken’

Zoë van Woerkens
Zoë van Woerkens
Student Humanistiek

Zoë van Woerkens, derdejaarsstudent bachelor Humanistiek, vertelt over het vak Belichaamde Betekenis.

“Ik wilde een studie doen over actualiteit en maatschappelijke vraagstukken zoals discriminatie en onrecht, en leren hoe ik mezelf daartoe moest verhouden. Hoe neem ik een positie in superingewikkelde ontwikkelingen in de wereld? En hoe kan ik dan iets moois bijdragen op een nuttige manier? Ik wist dat Humanistiek een combinatie zou zijn van sociologie, psychologie, filosofie en levensbeschouwing. Ook wist ik dat het over zingeving zou gaan. Zingeving kom je eigenlijk overal tegen. Je bent continue opnieuw aan het leren over de wereld om je heen.”

Nieuwe invalshoek

“Het vak Belichaamde Betekenis vond ik misschien wel het leukste vak dat ik heb gevolgd. Ik denk dat het een belangrijk vak voor de bachelor is, want het geeft je een nieuwe invalshoek. Het gaat in humanistiek over verschillende verschijnselen begrijpen. Hoe zit de maatschappij in elkaar? Hoe functioneren dingen? Maar bij dit vak werd de nadruk gelegd op het lichaam. Dus hoe we, voordat we naar dingen kunnen kijken, eerst zelf in de wereld staan met ons lichaam. Ik vond het mooi dat we het hadden over iets dat voor de hand ligt en waar we het toch nooit over hebben. Dat we met ons lichaam in het klaslokaal zijn bijvoorbeeld.

Het ging veel over fenomenologie, zoals dat in de filosofie heet, dat is de ervaringsleer. Ieder individu heeft een andere ervaring en een andere lichamelijke ervaring. Die ervaring wordt beïnvloed door allerlei externe factoren. Het bepaalt hoe je naar de wereld kijkt. Wat ik een mooi inzicht vond was dat ieders ervaring eigenlijk legitiem is, en dat het al een bron van kennis is. Dat je niet altijd alles op een hele rationele manier hoeft te beredeneren.”

Lichamelijke grenservaringen

We hadden acht weken om op verschillende manieren na te denken over belichaamde betekenis, en elke week leerden we een andere invalshoek. Een week ging het bijvoorbeeld over lichamelijke grenservaringen, dus over ouder worden. Hoe je lichaam dan steeds minder kan maar dat je misschien nog wel helder van geest bent. Hoe je daar mee omgaat. Of over de dood als grenservaring. Een andere week ging het over gender en seksualiteit.

We moesten voor ons paper, wat eigenlijk een literatuurstudie was, iemand interviewen die een hele andere lichamelijke ervaring had. Mijn hoofdthema was vrouwelijkheid. Ik koos ervoor om een transvrouw te interviewen. Ik ben geïnteresseerd in thema’s als vrouwelijkheid, mannelijkheid, gender en hoe dat eigenlijk sociaal geconstrueerd is.

De theorie van de ervaringsleer laat zien dat zo’n onderzoek ook maar een manier is om iets te onderzoeken, het is geen absolute waarheid. Er zijn altijd verschillende antwoorden mogelijk op humanistische vraagstukken.”

Socialisatie als vrouw

“Naast het literatuuronderzoek en het interview moesten we ook een persoonlijke reflectie schrijven. Dat vond ik toegevoegde waarde hebben. Mijn persoonlijke reflectie ging over mijn angst voor lichamelijke risico’s. Ik ben bijvoorbeeld heel erg bang op de fiets. Er zijn veel dingen die ik met mijn lichaam niet echt durf. Vanuit dat uitgangspunt moest ik een soort onderzoekje doen over de mogelijke oorzaken ervan.

Waar ik op uitkwam was dat het waarschijnlijk komt door hoe ik als vrouw gesocialiseerd ben. Als meisje ben ik door mijn ouders best wel in bescherming genomen, meer dan mijn broer. Zo van: ‘doe maar voorzichtig’, of ‘doe maar niet te gek’. Terwijl mijn broer in bomen klom, die mocht zo vaak vallen als hij wilde. Ik denk toch onbewust dat ik daardoor minder vertrouwen in mijn lichaam heb opgebouwd. Door de reflectie kwam ik erachter dat het voor een deel mij aangeleerd is hoe ik omga met deze risico’s. Daardoor kreeg ik het idee dat ik er iets aan kan veranderen.”

Eigen specialisatie

“Na deze bachelor is het mijn droom om visuele antropologie te studeren. Dan doe je etnografisch onderzoek, maar dan met film. Je maakt een documentaire en dat gebruik je als onderzoeksmateriaal.

In de bachelor heb je vrije keuzevakken, en daardoor heb ik een bijvak film kunnen doen op de Universiteit Utrecht. Toen wist ik dat ik daarmee verder wilde. Ik vind film een mooi medium vind, het is heel toegankelijk en je kan een boodschap overbrengen naar een breed publiek. Zo kan ik blijven onderzoeken, maar ook iets creatiefs doen.

Dat is ook wat veel medestudenten waarderen aan de studie. Dat je je eigen studie vorm kunt geven door de vrije ruimte. Er zijn veel mogelijkheden om je te specialiseren in iets dat jij interessant vindt.”